Wederopbouwerfgoed in Osdorp Afdrukken

 

Amsterdam/Hilversum, 9 augustus 2008

Stadsdeelraad Osdorp
T.a.v. de raadsgriffier
Postbus 90460
1006 BL Amsterdam


Onderwerp: Wederopbouwerfgoed in Osdorp

Geachte leden van de stadsdeelraad,

Ondergetekenden zijn drie organisaties die zich inspannen voor het behoud van het architectonisch erfgoed: de bond Heemschut, het Cuypersgenootschap en ProWest (Vereniging Promotie Westelijke Tuinsteden). Wij hebben bijzondere zorg over de architectuur van de wederopbouw. Dit erfgoed staat namelijk onder grote druk. Als er sloopplannen in de maak zijn gaan wij actievoeren. Dit actievoeren tegen sloopplannen die al in de maak zijn, zou beter anders kunnen. We strijden namelijk tegen mensen die vaak net al wij, een mooiere en leefbaardere buurt willen. We verschillen alleen van mening over de rol van het historische erfgoed, omdat wij van mening zijn dat die een veel grotere rol kan en vooral moet spelen in een mooiere en leefbaardere buurt. Omdat wij geloven dat erfgoed een zeer positieve bijdrage kan leveren aan de leefbaarheid van de tuinsteden willen we liever samenwerken met de bestuurders van de verschillende stadsdelen. In onze ogen is dat voor beide partijen nuttiger.

 

Het erfgoed in de Tuinsteden lijkt op dit moment weerloos. Grote delen van de Tuinsteden zijn toe aan stadsvernieuwing. De noodzaak van de stadsvernieuwing zullen wij zeker niet ontkennen. Vele buurten verdienen een wedergeboorte. Wij maken ons echter wel zorgen om de vaak zeer grootschalige sloopplannen die te weinig rekening houden met waardevolle gebouwen en structuren. De afgelopen jaren is al een aantal waardevolle gebouwen tegen de vlakte gegaan. De sloop van sommige gebouwen was zeer opvallend voor het grote publiek. Iedereen weet bijvoorbeeld dat in Osdorp kerkgebouw 'De Opgang' is verdwenen. De sloop van vele andere gebouwen was minder opvallend. Wie weet er bijvoorbeeld nog dat een groot deel van het prachtige Huygenscollege in 2004 tegen de vlakte is gegaan? De sloop van het Andreasziekenhuis, een ontwerp van Marius Duintjer kunnen de meeste mensen zich wel weer herinneren. Dit gebouw had in onze ogen ook nooit mogen verdwijnen. Het had heel goed een nieuwe bestemming kunnen krijgen. De rij met waardevolle gebouwen die reeds verdwenen zijn is inmiddels erg lang aan het worden. En dat geldt ook voor de lijst met complexen die binnen enkele jaren gaan verdwijnen. Dat is niet alleen in onze ogen heel jammer, ook publiekelijk groeien de protesten, vooral omdat het anders kan.

Stadsvernieuwing is niet alleen een proces van sloop en nieuwbouw, maar vooral ook een moment om te bekijken wat waardevol en behoudenswaardig is. Een vernieuwde wijk zonder oude elementen is lang niet altijd een aantrekkelijk alternatief. Een woonwijk is immers geen wegwerpproduct. Het is voor de leefbaarheid van wijken en steden dus belangrijk om te behouden wat waardevol is. Het blijkt ook uit handtekeningenacties in de buurt dat de bewoners gehecht zijn aan de architectuur van hun wijk. Zogenaamde 'nieuwe bewoners' groeien er op en wonen er inmiddels al lange tijd.

In het verleden is reeds vaak bewezen dat stadsvernieuwing in combinatie met een betere zorg en bescherming voor het waardevolle erfgoed succesvoller is dan volledige sloop en nieuwbouw. In de Westelijke Tuinsteden, een gebied dat behoort tot het meest doordachte en zorgvuldig aangelegde gebied van Amsterdam (het Plan Van Eesteren) is nu hetzelfde proces gaande dat we 25 jaar geleden konden zien in 19de-eeuwse buurten als De Pijp en de Dapperbuurt. Toen wilde niemand wonen in dit soort buurten en moest veel plat. Nu staat de grote meerwaarde van een architectuur en vooral ook een stadsaanleg, die ooit werden verguisd, buiten kijf.

Door de massale sloopacties in Nederland beginnen veel soorten wederopbouwerfgoed al zeldzaam te worden. Dit leidt, tezamen met de vele aandacht die er o.a. voor de top 100 van minister Plasterk en die van wethouder Herrema is, bij monumentenbeschermers (maar ook bij bewoners) tot een grotere liefde voor het jonge erfgoed. De tuinsteden hebben een schat liggen die nog ontdekt moet worden. Wij aarzelen niet om die te vergelijken met het Plan Berlage en denken daarbij niet alleen aan de gebouwen maar ook aan de bijbehorende en zorgvuldig aangelegde groenstructuur. Wij hopen dus dat de bestuurders van de stadsdelen in de Tuinsteden oog gaan krijgen voor dit onmiskenbare erfgoed.

Wat moet het stadsdeel doen in de ogen van de erfgoedorganisaties? Wij hopen dat spoedig enkele zeer waardevolle gebouwen en complexen tot gemeentelijk monument zullen worden aangewezen. Gezien de grote sloopwoede in de tuinsteden mag er niet langer worden gewacht. Het aanwijzen van monumenten is het belangrijkste instrument van de overheid dat zekerheid kan bieden voor het behoud van waardevolle gebouwen in de tuinsteden. De ondergetekende organisaties hebben in de bijlage bij deze brief enkele gebouwen en complexen geïnventariseerd die naar onze mening voor de gemeentelijke monumentenstatus in aanmerking kunnen komen.

Om verwarring te voorkomen: alleen voor Rijksmonumenten bestaat de leeftijdseis van 50 jaar. De gemeentelijke monumentenwet stelt op het gebied van de leeftijd geen eisen. Gebouwen die jonger zijn dan 50 jaar kunnen dus gewoon op de gemeentelijke monumentenlijst.

Wij hopen dat het stadsdeel zeer spoedig met dit voorstel aan de slag gaat.

Ludy Giebels, voorzitter van de werkgroep Amsterdam van het Cuypersgenootschap.

Norman Vervat, lid van de Commissie Amsterdam van de Bond Heemschut.

Erik Swierstra, penningmeester Vereniging Promotie Westelijke Tuinsteden (ProWest).


Bond Heemschut, Commissie Amsterdam.
t.a.v. Norman Vervat
Vondellaan 6
1217 RX Hilversum
035 - 6244320

Cuypersgenootschap, Werkgroep Amsterdam.
t.a.v. Ludy Giebels
Pieter Pauwstraat 9
1017 ZJ Amsterdam

Vereniging Promotie Westelijke Tuinsteden (ProWest)
t.a.v. Erik Swierstra
Jan Tooropstraat 6
1062 BM Amsterdam
tel. 020 - 3460670

Zie ook: Bond Heemschut en Cuypersgenootschap



Bijlage:

Concept-Monumentenlijst Stadsdeel Osdorp

Dijkgraafplein. Woningen met winkelstrip.
J. P. Kloos, 1963-1970.


Het grote wooncomplex van J.P. Kloos aan het Dijkgraafplein is één van de bekendste wooncomplexen in Osdorp. Door de plek van de hoge flat aan het einde van de Tussenmeer is het gebouw al van verre zichtbaar. Kloos heeft duidelijk zijn best gedaan om op deze opvallende plek iets bijzonders neer te zetten. Het complex is vooral opvallend door de manier waarop de galerijen aan de gevel zijn gehangen. Doordat er in het gebouw maisonnettes kwamen was het niet noodzakelijk om op iedere verdieping een galerij aan te brengen. Dit gaf de architect de mogelijkheid de galerij als een architectonisch expressiemiddel te gebruiken. Hierdoor kon Kloos voorkomen dat de achterzijde van de flat (die wonderwel de pleinzijde is) saai en doods zou worden. De voorzijden van de flats worden gekenmerkt door een rustiger vormgeving. Kloos staat bekend als een zeer rechtlijnige functionalist. In zijn gebouwen zal men dus nooit decoraties of andere overbodigheden aantreffen. Bij de flats aan het Dijkgraafplein laat hij echter duidelijk zien dat een functioneel uitgangspunt geen saaie architectuur hoeft op te leveren. Deze flat is één van de mooiste wooncomplexen uit de late zestiger jaren en is voor 100 procent monumentwaardig. Het complex is dan ook niet zonder reden in de top 100 van wethouder Herrema opgenomen.

R.K. Lagere School 'Sint-Lukas'.
Dienst der Publieke Werken, 1959.


Een goede school van de hand van de Dienst der Publieke Werken. Staat in de top 100 van Herrema. Publieke werken ontwierp na de oorlog een groot deel van de scholen in de stad. Niet al deze scholen hoeven behouden te blijven. Publieke werken ontwierp diverse typen scholen. Deze school behoort tot een zeer zeldzaam type. Deze school verdient vanwege zijn zeldzaamheid en bijzondere vormgeving zeker een plek op de gemeentelijke monumentenlijst. Wij hebben vernomen dat de school dit gebouw in de toekomst waarschijnlijk gaat verlaten. Wij zijn ervan overtuigd dat dit gebouw zeer geschikt is voor herbestemming. Wat te denken van een bedrijfsverzamelgebouw voor startende ondernemers? Of ateliers voor kunstenaars? Wij denken dat er veel mogelijk is met dit gebouw, het is dus vooral een kwestie van willen!

Winkelplein met 23 bovenwoningen, kiosken met pergola. Pieter Calandlaan 88-148, Eloutstraat 4-38, Schottingstraat 1-61.
H. Salomonson, 1960.


Dit winkelcentrum is misschien wel het best bewaarde geheim van Osdorp. Hoewel het op het eerste gezicht misschien niet heel bijzonder lijkt, is het dat zeker wel. Het winkelcentrum is een prachtig ontwerp van Hein Salomonson, een belangwekkend architect. Salomonson heeft een typisch modernistisch winkelcentrum ontworpen, dat gekarakteriseerd wordt door een open en moderne uitstraling. Doordat het plein slechts twee gevelwanden heeft is het zeker niet intiem en besloten te noemen. Salomonson heeft het plein meer vorm gegeven door te kiezen voor de bouw van enkele paviljoens en een overdekt wandelpad.

De architectuur van de blokjes is zeer typisch voor de jaren rond 1960. De vormen zijn strak en eenvoudig. Salomonson heeft gebruik gemaakt van moderne materialen als staal en beton. De moderne materialen zijn bewust in het zicht gehouden. Zeer bijzonder is de luifel die wordt gedragen door stoere stalen H-balken. De architect heeft hier duidelijk laten zien dat hij met behulp van de modernistische vormentaal iets zeer bijzonders kon realiseren.

De sobere schoonheid van het winkelcentrum is helaas zeer kwetsbaar. De kleine aanpassingen die het complex heeft ondergaan storen hier meer dan bij een ander gebouw het geval zou zijn. Gelukkig zijn veel van deze fouten uit het verleden eenvoudig te herstellen. In vergelijking met vele andere winkelpleinen uit deze periode is het complex zeer gaaf, waardoor het zeer waardevol is. Het is dus absoluut noodzakelijk om dit plein tot monument aan te wijzen en respectvol te renoveren.

Het plein is op dit moment niet alleen bouwtechnisch in slechte staat, ook het winkelbestand lijkt er niet goed aan toe te zijn. Wij geloven dat een goede restauratie en een aanwijzing tot monument veel kunnen bijdragen aan het herstel van het winkelbestand. Wanneer dit plein na restauratie weer straalt in de zon zal dat hopelijk een soort bedrijvigheid aantrekken dat past bij dit bijzondere stukje Osdorp.

Het winkelcentrum heeft vanwege zijn zeer hoge kwaliteit een plek gekregen in de top 100 van Herrema!

'Sint-Lucaskerk'. Osdorper Ban 130.
Th. Taen, Th. Nix, 1964-1965.


Het bureau van het architectenduo Th. Taen en Th. Nix was zeer productief tijdens de wederopbouwperiode. Het te Utrecht gevestigde bureau bediende voornamelijk katholieke klanten. In het zuiden van het land staan van hun hand dan ook zeer vele scholen, kerken en andere opvallende gebouwen. In de regio Amsterdam is hun werk echter nauwelijks aanwezig. De 'Lucaskerk' laat zien dat de architecten, ondanks de redelijk grote productie, altijd goede kwaliteit leverden. De 'Lucaskerk' was een van de eerste kerken die gebouwd en ingericht werd met het oog op de nieuwe liturgie van het Tweede Vaticaans Concilie, waarin het volk niet langer slechts toeschouwer is van de heilige handelingen die de priester verricht, maar de gelovigen voluit deelnemen. De kerk, op de top 100 van wethouder Herrema geplaatst, is één van de betere naoorlogse katholieke kerken in Amsterdam en heeft in de regio een grote zeldzaamheidswaarde. De waarde van het gebouw wordt vergroot door de kunstcollectie. Vooral de kruisweg van Jan Toorop (afkomstig uit een oudere kerk) geeft de kerk een bijzondere luister.

900 galerijwoningen (5 blokken). Remijden, Geerban, Boutenburg e.o. (systeembouw, RBM).
F.J. van Gool, 1957-1960.


Zeer waardevolle hoogbouwflats. Deze flats zijn een duidelijk voorbeeld van de tendens tot grootschaliger bouwen aan het einde van de vijftiger jaren en staan aan het begin van een ontwikkeling die het uiterlijk van vele woonwijken in Nederland zou veranderen. Hoogte- en dieptepunt van deze ontwikkeling is de Bijlmermeer. De hoogbouwflats uit de zestiger en zeventiger jaren hebben op dit moment nog altijd een zeer slechte reputatie. De flats van Frans van Gool laten echter zien dat hoogbouw ook een bijzondere schoonheid kan hebben. Van Gool heeft deze flats zeer zorgvuldig ontworpen. Bijzonder zijn bijvoorbeeld de knik in de flats, de prachtige trappenhuizen en de heerlijke lichte uitstraling van de gebouwen. Van Gool bracht ook een aantal nieuwe technische snufjes aan in de gebouwen, die het leven van de hoogbouwbewoner eenvoudiger en veel aangenamer maakten. De flats, die ook met een zeer modern bouwsysteem werden gebouwd, waren aan het eind van de vijftiger jaren dus hypermodern. Deze flats verdienen absoluut een plek op de gemeentelijke monumentenlijst. Ze behoren tot de beste producten van de naoorlogse Amsterdamse en misschien ook Nederlandse woningbouw.

Portieketagewoningen + bejaardenwoningen + grootschalige kunsttoepassingen. Blomwijkerpad, Groenpad.
J. Schipper, 1958-1959.


Deze prachtige portieketagewoningen vormen samen met de bejaardenwoningen een zeer geslaagd stedenbouwkundig ensemble. Deze woningbouw lijkt op veel andere woongebouwen uit deze periode. Toch heeft de architect het geheel door een zorgvuldige plaatsing van o.a. de schoorstenen en andere beeldbepalende elementen net dat beetje meer meegegeven. Zeer waardevol zijn de grootschalige kunsttoepassingen op de flats. Deze kunstwerken die in opdracht van woningbouwvereniging Patrimonium zijn vervaardigd zijn van zeer hoge kwaliteit. Het was in de wederopbouwperiode zeer gebruikelijk om openbare gebouwen te voorzien van kunsttoepassingen. De 1 procentregeling maakte het namelijk mogelijk om steeds 1 procent van de bouwsom te reserveren voor beeldende kunst. Na de oorlog was er dus ook zat werk voor onze kunstenaars. Het kwam zeer weinig voor dat ook woongebouwen werden voorzien van kunsttoepassingen. Binnen Osdorp is dit waarschijnlijk het enige voorbeeld van grootschalige kunsttoepassingen op woonflats. Doordat de kunstwerken perfect illustreren hoe verzuild de sociale woningbouw in de tuinsteden was zijn ze ook van grote cultuurhistorische waarde. Ondanks dat we (nog) niet weten wie ze ontworpen heeft zijn ze dus, net als de rest van dit leuke woonwijkje, absoluut behoudenswaardig.

Galerijwoningen + garages. Eastonstraat 1-84.
Abe Bonnema, bouwjaar, ca. 1960-1964.


Deze mooie ingetogen flat is ontworpen door Abe Bonnema. Bonnema zou later zeer bekend worden door o.a. zijn ontwerp voor het hoogste gebouw van Nederland (de kantoortoren van de Nationale Nederlanden) te Rotterdam. In dit vroege ontwerp laat hij zich zien als een sobere modernist. De eenvoudige zuidgevel met loggia's heeft een heldere witte kleur gekregen. Wie langer kijkt ziet echter de schoonheid van het ritme van de gevel. De eenvoud van de architectuur is dus maar schijn. Het gebouw, één van de mooiere flats van Osdorp en nog vrijwel gaaf, vormt met het belendende flatgebouw van Arthur Staal een belangrijk structurerend element langs de zuidoever van de Sloterplas. De woningen zijn in particulier bezit. De eenheid van het complex dreigt verloren te gaan doordat individuele woningbezitters in het complex hun kozijnen vervangen en loggia's bij de woning trekken en dicht bouwen.

Galerijwoningen + garages. S.F. van Ossstraat 62-358.
Van Velzen, 1965.


De architectuur van dit grote en beeldbepalende gebouw is vrij eenvoudig en ingetogen. Het gebouw is, mede doordat het zo gaaf bewaard gebleven is, behoudenswaardig. Er zijn helaas slechts weinig flats in Osdorp die zo gaaf lijken te zijn.

Galerijwoningen op winkelstrip. J. de Koostraat, P. Calandlaan nr. 230 e.v.
A. Staal, 1960-1963.


Arthur Staal heeft diverse bouwwerken in Osdorp ontworpen. Zijn woonflats zijn altijd van een hoge kwaliteit. Dit gebouw is vooral opvallend door zijn betonnen trappenhuizen. Omdat Staal een belangrijk naoorlogs architect is lijkt het ons goed als men één of meerdere woongebouwen van zijn hand op de monumentenlijst zet. Het is voor ons lastig om te bepalen wat de beste flat van zijn hand in Osdorp is. Ze hebben allemaal kwaliteit, maar ook duidelijk allemaal hun minpunten. Wij hopen dan ook dat het stadsdeel in samenwerking met Bureau Monumentenzorg de gebouwen van Staal gaat inventariseren en dan mogelijk één of meer gebouwen gaat beschermen.

Woongebouw. Nicolaas Anslijnstraat 1-197.
A. Staal, 1961-1962.

Villa R. Trip. Braakensiekhof 17.
B. O. van den Berg, 1960.


Karakteristieke villa uit de vroegen jaren zestig. De villa heeft de tijd zeer goed doorstaan. Wellicht is deze villa monumentwaardig. Eigenlijk is dat pas goed te bepalen na een volledige inventarisatie van alle villa's uit de wederopbouwperiode in Osdorp.

Villa P.H. Frankfurther. Braakensiekhof 25.
Lau Peters, 1963-1966.

Karakteristieke villa uit de vroege jaren zestig. De villa heeft de tijd zeer goed doorstaan. Wellicht is deze villa monumentwaardig.

Villa J. Kok. Funke Küpperstraat 9.
A. Cahen, J.P. Girod, 1965.


Eén van de vroegste ontwerpen van een architect die later zeer bekend zou worden door o.a. zijn ontwerpen voor het Van Abbemuseum te Eindhoven en de Rijksdienst Archeologie in Amersfoort. Hoewel deze villa niet zeer spectaculair is, is het wel een interessant huis. Het huis is bovendien redelijk goed bewaard gebleven.

Flatgebouw met kantoren Aeckerstyn. Baden Powellweg 2-70.
W. Vermeer en I. van Herwaarden, 1963-1965
.

Het gebouw is van hoge kwaliteit en kan dus zeker behoudenswaardig zijn.

 

Laatst aangepast op maandag, 05 november 2012 16:16