Erfgoed van de Week - De personal touch van de portiekflat Afdrukken

 

Als we het over het Algemeen Uitbreidingsplan (AUP) hebben, hebben we het over licht, lucht en ruimte, over de ruim opgezette tuinsteden en over de specials als de Sloterplas en de parken. Onterecht onderbelicht blijft vaak de 'kleine schaal', die van de woning.

Portiekflat-praat
Op dinsdag 30 oktober 2018 was er een Van Eesterengesprek in het bijbehorende museum aan die Sloterplas. De bezoekers en sprekers stonden uitgebreid stil bij de portiekflat, één van de belangrijke ingrediënten van het AUP, die niet vaak gekoppeld wordt aan het mooie grote verhaal. Vaker komen de gebouwen juist op een negatieve manier in beeld, vanwege de slechte toestand waarin de portiekflats zich bevinden. Het optimisme uit de jaren '50 staat in schril contrast met het huidige beeld en gevoel dat de bewoners en bezoekers van de naoorlogse buurten, nu krijgen. En de portiekflat verdient veel meer.

Nieuw: een achterkant
De portieketagewoning vormt een rode draad van het Algemeen Uitbreidingsplan, dat in de jaren dertig van de 20ste eeuw werd ontwikkeld. Twee derde van de woningen uit het AUP-gebied is gebouwd als portieketagewoning. Dat ging niet vanzelf. Hoewel er al voor 1930 genoeg mooie ontwerpen op de tekentafel lagen voor andere typen woningen, hield de Amsterdamse bouwwereld lang vast aan de traditie, die van de gesloten bouwblokken. Hierbij hoorde een  klassieke 'orde'. De voorgevel was architectonisch verzorgd, met bijvoorbeeld erkers.  Woonkamers, die aan de voorkant zaten, werden hierdoor groter. De achtergevel was op zijn zachtst gezegd minderwaardig aan de voorgevel. De trappenhuizen waren altijd inpandig. De plattegrond paste zich als het ware aan de standaard-indeling aan en speelde een ondergeschikte rol. Er ontstond lichte paniek toen er voor het eerst nieuwe eisen op tafel kwamen vanwege voorgeschreven andere –open– bebouwing, bijvoorbeeld in Bos en Lommer. Achtergevels zouden zichtbaar worden in de openbare ruimte en de ontwerpers wisten zich hier geen raad mee.

Plus door plattegrond
De woningplattegrond vormde de essentie van het probleem, maar ook de oplossing, bleek uiteindelijk. Van Eesteren (1897-1988) himself nam hier het voortouw, met een mooie redenering. Hij beargumenteerde dat wanneer een goede plattegrond tot expressie wordt gebracht in beide gevels, er vanzelf goede architectuur ontstaat. Daarbij dacht hij aan een woonbalkon op westen, een werkbalkon bij de keuken (op het oosten) en trappenhuizen aan de voorgevel. Dat balletje ging na de oorlog rollen, toen de Woningdienst en Bouw- en Woningtoezicht greep kregen op de al voor 1930 ontworpen vernieuwende woningplattegronden. De massawoningbouw kreeg, door de nieuwe plattegrond, een geheel nieuwe verschijningsvorm. De kleinere eenheden van vier verdiepingen op een laag met bergingen, hadden trappenhuizen aan de straatzijde. Waar de straatgevels van de Amsterdamse School de straatruimte accentueerden, benadrukten de portiekflats de woning. Het ritme van de trappenhuizen en de balkons laat immers zien hoe het ontwerp in elkaar zit.

Flexibiliteit als succesformule
De portieketagewoning was een succes, niet voor niets werden er zoveel gerealiseerd. Het succes had alles te maken met de combinatie van woonkwaliteit, prijs en flexibiliteit. Een flat bestond uit 'zones' van voor- naar achtergevel, zogenaamde beuken, en die hadden verschillende breedtes. De afwisseling in de breedte van een aantal beuken per woning maakte het mogelijk verschillende typen woningen binnen één (hoofd)structuur te maken. Voor de trappenhuizen was een wisselbeuk gereserveerd. Je had hier de woningentrees en in dezelfde wisselbeuk was ook plek voor een slaapkamer (van één woning). Zo kwam er bijvoorbeeld een drie- naast een vierkamerwoning te liggen. Met de nieuwe 'basis' ontstond veel ontwerpvrijheid, waar prachtige varianten van woningplattegronden uit voortkwamen.

Eén flat was voor verschillende doelgroepen, de portieketageflat werd van iedereen. Dat aan de gevels af te lezen was hoe een gezin woonde, maakte ook nog eens dat voorbijgangers en buurtbewoners als het ware verbonden werden met de bewoners. De relatie woning-straat was immers sterker. Een succesformule die ook nog nu en in de toekomst werkt? Weer een pracht van een ontwerpopgave in ieder geval.

Erfgoed van de Week
In de rubriek Erfgoed van de Week staat elke week een bijzondere archeologische vondst, vindplaats, voorwerp, monumentaal gebouw of historische plek in de stad centraal. Via de website amsterdam.nl/erfgoed, Twitter @erfgoed020 en Facebook Monumenten en Archeologie delen de erfgoedexperts van Monumenten en Archeologie het erfgoed van de stad met Amsterdammers én overige geïnteresseerden.

Van: www.amsterdam.nl

 

Laatst aangepast op donderdag, 01 november 2018 19:44